Gelukkig viel de laatste les op school weg en kon ik vroeger naar huis. Ik moest me haasten want Michel zou ‘s middags al een oude route weghalen zodat ik direct kon beginnen bouwen. Ik moest voor vier uur klaar zijn, want dan begon mijn training.
Michel gaf kort wat uileg over hoe ik me moest beveiligen en voorzichtig zijn niets te laten vallen. Dan kon ik direct beginnen met een emmer te vullen in het grepenkot. Ik koos vooral kleine greepjes, de grote vond ik nogal zwaar. Het was de bedoeling om een 6a te bouwen op de dal (bijna rechte wand) dus het moest wat technischer worden.
De eerste meters kon ik nog vanop de ladder bouwen. Voor elke steen moest ik terug naar beneden. Dus heel wat op en af geklauter. Daarna werd het wat lastiger. Ik vulde mijn emmer met grepen opnieuw en knoopte het touw eraan vast. Ik klom naar boven en blokkeerde mij met de grigri en trok daarna de emmer omhoog. Ik vond een mooi plekje om de volgende greep te plaatsen en zocht dan naar de sleutel. Oei, terug naar beneden! Gelukkig kon iemand hem omhoogsteken, want door de zware emmer aan het touw kon ik niet helemaal naar beneden.
Halfhoog wou ik een wat moeilijker pasje bouwen. Ze noemen dat de ‘crux’ en dat is het dan ook, zeker voor een 6a. Michel vond het niet erg dat er een te moeilijk pasje inzit, hij denkt dat dit een goede oefening is voor de jeugd.
Aan de module heb ik er nog een beweging in gestopt waar je je moet opdrukken om aan de volgende greep te kunnen. De grotere jongens kunnen dit rustig overslaan en ineens doorgaan naar de volgende greep.
Ik was met een half uur vertraging pas klaar. Het was toch een zware job zo voor de eerste keer. Ik heb er echt van genoten en was heel fier een eigen bordje te kunnen ophangen met ‘nieuwe route van Super Ceci’.